Op 8 november 2013 heeft de mini-workshop ‘De Leeuw van Vlaanderen van Hendrik Conscience’ aan de Vakgroep Neerlandistiek van de Eötvös Loránd Universiteit (ELTE) te Boedapest plaats gevonden. De workshop werd in het kader van het internationaal CODL-project georganiseerd.
Na het welkomstwoordje van Judit Gera en een korte presentatie van Orsolya Réthelyi over het CODL-project volgden de lezingen van de onderzoekers in twee sessies. In sessie 1 heeft Jan van Coillie (Brussel) een lezing gehouden over de adaptaties van De Leeuw van Vlaanderen voor de jeugd in Nederland en Vlaanderen. Daarna volgde Marcin Lipnicki (Lublin) over de structuurveranderingen in de Poolse vertaling van De Leeuw. Wilken Engelbrecht (Olomouc) heeft over de rol van Conscience in Tsjechië gesproken. Aan het eind van sessie 1 vertelde Christine Hermann (Wenen) over de ideologie in de Duitstalige vertalingen van De Leeuw.
Roberto Dagnino (Groningen) opende sessie 2 met zijn relaas over de weg die De Leeuw aflegde naar Italië. Petra Broomans (Groningen) vertelde over de redenen waarom er geen vertaling van De Leeuw in het Zweeds bestaat. Het hoofd van de vakgroep, Judit Gera, heeft over cultuurbemiddelaars rond de Hongaarse uitgave van De Leeuw van Vlaanderen gesproken. En tot slot vergeleek Ildikó Juhász, masterstudente Neerlandistiek aan de ELTE, de Hongaarse vertaling van de roman met de oorspronkelijke tekst.
Aan het eind van de workshop was er nog tijd voor reflectie en reacties en voor het bespreken van plannen voor de toekomst. Jan van Coillie heeft voorgesteld om een gemeenschappelijk artikel te schrijven over De Leeuw van Vlaanderen als jeugdroman in verschillende vertalingen. De aanwezige leden van de werkgroep hebben enthousiast gereageerd. En iedereen was het erover eens dat deze mini-workshop heel boeiend en echt de moeite waard was.
Onlangs is er een artikel over De historie van mejuffrouw Sara Burgerhart op Textualscholarship.nl verschenen. In de rubriek ‘Manuscript van de maand’ geeft Katalin Márton, MA-studente aan de Eötvös Loránd Universiteit te Boedapest en stagiaire bij het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis in Den Haag, een beeld van de verspreiding van de eerste Nederlandse briefroman van Betje Wolff en Aagje Deken, één van de casusteksten van CODL. Daarbij legt zij de nadruk op de meest succesvolle toneelbewerking van de roman, het blijspel in vier bedrijven Sara Burgerhart van mejuffrouw Johanna Pabst. Met behulp van historische kranten laat Katalin zien wat een succes de toneelbewerking 130 jaar na de eerste uitgave van de roman in heel Nederland beleefde en zij plaatst haar onderzoek in het kader van CODL.
In nauwe samenwerking met CODL is op 24 en 25 oktober 2013 op het Netherlands Institute for Advanced Studies (NIAS) in Wassenaar een workshop gehouden onder de titel ‘A Longitudinal Approach to Transnational Literatures: the Dutch Case. Identifying Longitudinal Patterns in the Dynamics between National Literatures and the International Field’. De workshop telde ongeveer 25 deelnemers uit België, Italië, Groot-Brittannië, Hongarije en Nederland.
Centraal stonden transnationale aspecten van de Nederlandse literatuur, waarbij onder meer onderzoek naar verscheidene casusteksten van CODL werd gepresenteerd. Zo had Orsolya Réthelyi (Budapest) het over de rol van Max Reinhardt bij de internationale receptie van Middelnederlandse literatuur, met name Beatrijs en Elckerlijc. Simona Brunetti (Verona) en Marco Prandoni (Bologna) lieten zien hoe Vondels Lucifer het Italiaanse theaterpubliek bereikte. Elke Brems (Brussel), Pieter Boulogne (Antwerpen en Leuven) en Stéphanie Vanasten (Louvain-la-Neuve) bespraken de receptie van Dimitri Verhulsts De helaasheid der dingen in het Franse taalgebied en in Rusland. Ton van Kalmthout (Den Haag) ging in op de vraag hoe en waarom onderzoek naar Louis Couperus als internationaal auteur het belang van de Couperus-kunde overstijgt.
Els Stronks, Geert Buelens, Tom Toremans en Ton van KalmthoutOok andere lezingen sloten nauw aan bij het werkterrein van CODL. Theo Hermans (London) besprak onder meer de brede uitwaaiering van het werk van Hendrik Conscience over een groot aantal landen. En Saskia Pieterse (Utrecht) ging na hoe Multatuli’s Max Havelaar circuleerde in anarchistische en socialistische kringen.
De workshop werd georganiseerd door Geert Buelens (Utrecht), Thomas Vaessens (Amsterdam) en Els Stronks (Utrecht). Hij werd mede mogelijk gemaakt dankzij de gastvrijheid van het NIAS.
De Vondel Translation Prize werd dit jaar aan ‘The Misfortunates’ van David Colmer toegekend, de Engelse vertaling van ‘De helaasheid der dingen’ van Dimitri Verhulst. Het werk heeft in 2012 het licht gezien en volgde als derde in de reeks van Verhulst-vertalingen van Colmer, na ‘Problemski Hotel’ (Problemski Hotel, 2005) en ‘Mevrouw Verona daalt de heuvel af’ (Madame Verona Comes Down the Hill, 2009). Colmer heeft al talrijke Nederlandstalige werken naar het Engels vertaald waaronder werken uit de kinder- en jeugdliteratuur, poëzie, fictie en literaire non-fictie. Hij ontving eerder de Impac Dublin Prize, de Vertaalprijs van het Nederlands Letterenfonds en The Independent Foreign Fiction Prize. De Vondel Translation Prize werd sinds 1996 om de twee jaar aan de beste Engelse of Amerikaanse vertaling van een Nederlandstalig letterkundig of cultuurhistorisch werk uitgereikt, met financiële steun van het Nederlands Letterenfonds en het Vlaams Fonds voor de Letteren. De prijs wordt op 11 februari 2014 aan de Australische vertaler in Londen overhandigd.
Voor verdere gegevens over de prijs en het werk van David Colmer zie:
http://www.fondsvoordeletteren.be/nl/press/589/vondel-translation-prize-naar-david-colmer.html
Katalin Márton zal van 1 september tot en met 31 november 2013 stage lopen bij het CODL project. In het kader hiervan helpt ze de internationale workshop in Rome voorbereiden. Daarnaast levert ze een bijdrage aan het onderzoek naar de internationale verspreiding van Wolff & Dekens De historie van mejuffrouw Sara Burgerhart.
Katalin studeerde Nederlandse Taal en Cultuur aan de Eötvös Loránd Universiteit (ELTE) in Boedapest en heeft hier de master-opleiding nagenoeg afgerond met een scriptie over jeugdidentiteiten in vroegmoderne Nederlandse liederen. In het kader van het Huygens Scholarship Programme liep ze eerder stage bij de Digitale Bibliotheek van de Nederlandse Letteren (DBNL) en deed ze onderzoek voor haar master-scriptie aan de Universiteit Utrecht.
De stage van Katalin vindt plaats bij het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis in Den Haag onder begeleiding van Ton van Kalmthout.
Aan de Faculteit Taal en Letteren van de Hogeschool-Universiteit Brussel (HUB) heeft Melissa Moscoso-Perez in 2012/13 haar opleiding tot master in het vertalen afgerond met de masterproef De familie Verhulst over de grenzen heen. De receptie en vertaling van Dimitri Verhulsts De helaasheid der dingen in Frankrijk, Spanje en Groot-Brittannië. Deze lijvige scriptie, geschreven onder begeleiding van prof.dr. Walter Verschueren, haakt direct aan bij CODL en richt zich in het bijzonder op de receptie van het boek in de literatuurkritiek, mede in het licht van de in Frankrijk en Spanje vigerende vertaalnormen. Melissa Moscoso-Perez stelt vast dat de verkoopcijfers en het aantal recensies in de onderzochte landen bescheiden zijn, maar dat de receptie inhoudelijk zeer positief uitvalt voor Verhulst en zijn vertalers. De criticus Fran Slater is bijvoorbeeld zeer erkentelijk voor de Engelse vertaling van David Colmer: ‘Thank you David Colmer. Thank you Portobello Books. And most of all Thank You Dimitri Verhulst’.
Klik hier om de masterproef te lezen.

CODL is al op verschillende conferenties gepresenteerd. Tijdens het 18e Colloquium Neerlandicum ‘Andere werelden’ van de Internationale Vereniging voor Neerlandistiek beet Orsi Réthelyi op 28 augustus 2012 aan de universiteit van Antwerpen het spits af met de lezing ‘Een vertaal- en receptieproject als ontmoetingsplek. Beatrijs Internationaal en verder’. Ton van Kalmthout volgde op 8 februari 2013 met ‘Het is niet onopgemerkt gebleven. Een internationaal netwerk voor de bestudering van de circulatie van Nederlandse literatuur’, een lezing tijdens het Cross Over-congres ‘Over grenzen’ aan de universiteit van Gent. En Elke Brems, geassisteerd door Hester Meuleman, sprak op 19 juni 2013 op het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis in Den Haag tijdens een conferentie van het COST-project Women Writers in History, ‘Female Authorship in Europe: Networks and Obstacles’, over ‘Two different approaches to the transnational circulation of literature: WWIH and CODL’.
Onder de vlag van CODL organiseerde het Centre fort Reception Studies (CERES) van de Hogeschool-Universiteit Brussel (HUB) op 4 december 2012 het internationale symposium ‘De leeuw leeft! Hendrik Conscience in Europees perspectief’.
In mei 2013 verscheen als deel 6 in de reeks Lage Landen Studies bij Academia Press in Gent: Beatrijs de wereld in. Vertalingen en bewerkingen van het Middelnederlandse verhaal, onder redactie van Ton van Kalmthout, Orsolya Réthelyi en Remco Sleiderink (ISBN 9789038221076, 416 p., € 28.00). De bundel is voortgekomen uit het onderzoeksproject Beatrijs Internationaal, waaruit CODL is voortgekomen. Beatrijs Internationaal realiseerde de samenwerking van een honderdtal literaire vertalers en beoefenaars van de historische en moderne Nederlandse letterkunde, de vertaalwetenschap en aanverwante disciplines, afkomstig uit twintig verschillende taalgebieden. Zij verdiepten zich samen in de internationale verspreiding en receptie van de beroemde Middelnederlandse Maria-legende, vanaf haar ontstaan tot in onze tijd. Een kleine honderd Beatrijs-adaptaties bleken er te vinden, en er komen er nog altijd bij. De casus van Beatrijs bracht nieuwe wetenschappelijke discussie, samenwerking en uitwisseling op gang in de hedendaagse neerlandistiek. Deze bundel getuigt daarvan.
Op uiteenlopende manieren laten de auteurs zien hoe een literaire tekst uit een betrekkelijk klein taalgebied als het Nederlandse zowel daarbinnen als daarbuiten kan circuleren in de loop van de tijd. Met hun brede spectrum aan vraagstellingen, methodologische benaderingen en materiaalkeuzes reflecteren de bijdragen de rijkdom van de internationale neerlandistiek in de eenentwintigste eeuw. Geïnspireerd door translation, adaptation en reception studies helpt dit boek de vraag beantwoorden aan welke kenmerken teksten moeten voldoen om talige, geofysische, historische en andere grenzen te overschrijden. Zo levert de bundel een bijdrage aan de geschiedschrijving over de export en verspreiding van Nederlandse literatuur.
Er staan al verschillende CODL-workshops en andere CODL-conferenties op stapel:
– Op 24 en 25 oktober 2013 is er op het NIAS in Wassenaar de (besloten) expert meeting ‘A longitudinal approach to transnational literatures: the Dutch case. Identifying longitudinal patterns in the dynamics between national literatures and the international field’, een initiatief van prof.dr. Els Stronks (Universiteit Utrecht).
Op 21 en 22 november 2013 wordt de eerste CODL-workshop gehouden in Rome, waar de Academia Belgica, het Nederlands Instituut en de Hongaarse Academie de deelnemers gastvrijheid zullen verlenen. Speciale gasten zijn Mona Baker (Manchester), Gillis Dorleijn (Groningen), Frits van Oostrom (Utrecht) en Dimitri Verhulst, die overkomt uit Zweden.

Prof.dr. Mona Baker
– De tweede CODL-workshop zal op 9 en 10 mei plaatsvinden in Boedapest. En de derde in mei 2015, maar daarvan staat de precieze datum nog niet vast.
– De werkgroep ‘Kaas’ houdt op 19 en 20 december 2013 een workshop in Olomouc, georganiseerd door prof.dr. Wilken Engelbrecht.
